printen

7.2 Informatie over functies en scholingsstructuur

Overgangsperiode

Om de nieuwe scholingsstructuur voor de steigerbouwopleidingen in te voeren, is een periode van 3 jaar genomen. De overgangsperiode loopt van 1 januari 2014 tot 1 januari 2017. In deze periode kun je alleen een opleiding volgen in de nieuwe scholingsstructuur. Het gaat om opleidingen voor de functies van Hulpmonteur, Monteur, 1e Monteur en Voorman Steigerbouw.

Tot 1 januari 2017 zijn de certificaten Steigerbouwer A en B nog geldig. Na die datum zijn alleen officiële mbo-diploma’s en erkende branche-certificaten geldig.

Wanneer je een certificaat Steigerbouwer A of B hebt, kun je dit laten “upgraden” tot het branche-certificaat Monteur Steigerbouw of 1e Monteur Steigerbouw. Daarvoor kun je meedoen aan de zogenaamde CW-procedure. CW betekent competentie-weging. Ook als je een ervaren monteur bent, krijg je eenmalig de gelegenheid om aan de CW-procedure mee te doen. Soms zal dat betekenen dat je extra scholing moeten krijgen.

Hieronder lees je welke nieuwe opleidingen je kunt volgen en welke diploma’s of certificaten je kunt halen. Verder komen de persoonscertificering en de registratie van diploma’s en certificaten aan de orde. Tot slot beschrijven we de functies Toezichthouder Steigergebruik en Inspecteur Steigerbouw, en de beoordeling van buitenlandse diploma’s.

Functieniveaus

In de nieuwe scholingsstructuur kun je opleidingen volgen voor deze functies:

  • Hulpmonteur Steigerbouw

Je assisteert bij (de-)montagewerkzaamheden. Je mag nog niet zelfstandig steigers monteren en demonteren.

  • Monteur Steigerbouw

Je monteert en demonteert zelfstandig steigers met een lage moeilijkheidsgraad*). Onder toezicht van minimaal een 1e Monteur Steigers mag je steigers met een hoge moeilijkheidsgraad monteren.

  • 1e Monteur Steigerbouw

Je monteert en demonteert zelfstandig steigers tot een hoge moeilijkheidsgraad. Je mag steigers met een lage moeilijkheidsgraad opleveren.

  • Voorman Steigerbouw

Als 1e Monteur Steigerbouw kun je de functie van Voorman Steigerbouw krijgen, op grond van je ervaring en in overleg met je werkgever. Als Voorman Steigerbouw mag je steigers met een hoge moeilijkheidsgraad opleveren.

*) Zie voor categorieën in moeilijkheidsgraad paragraaf 2.3, figuur 15.

 

Steigerbouwbedrijf

Opdrachtgever 
Steigergebruiker 
Steigerbouwbedrijf

Steigergebruiker

Functieniveau

Monteren

Overdragen

Hulpmonteur

Monteur

Standaardconfiguratie

 

Inspecteur

Toezichthouder

1e Monteur 

Alle steigers

Standaardconfiguratie

Voorman

Alle steigers

Alle steigers

Figuur 1: Vereiste functieniveaus bij monteren en overdragen van steigers, en bij inspectie en toezicht.

 

Vakbekwaamheid door diplomering

Waar het om gaat bij de opleidingen voor steigerbouwers is, dat je je vakbekwaamheid kunt aantonen. Je kunt vakbekwaamheid krijgen door:

  • het volgen van opleidingen (mbo) en praktijkervaring
  • het volgen van trainingen/cursussen en praktijkervaring
  • jarenlang werkervaring opdoen in de praktijk. 

Het eindresultaat is een officieel erkend mbo-diploma of branche-certificaat.

Met een certificaat Steigerbouwer A en Steigerbouwer B krijg je niet automatisch de functie Monteur Steigerbouw of 1e Monteur Steigerbouw. Daarvoor moet je eerst aantonen dat je praktijkervaring hebt. Dat gebeurt met een competentie-weging.

Diploma

De meest complete manier om een erkend vakdiploma te krijgen, is via de BBL-weg. Dat betekent Beroeps Begeleidende Leerweg (leer-werktraject). Hierbij volg je de theoretische opleiding op een ROC. Tegelijkertijd doe je praktijkervaring op bij een leerbedrijf, onder leiding van een erkende leermeester. Je werkt dan als aspirant-steigermonteur, al dan niet in dienst van het leerbedrijf.

Voor een officieel mbo-diploma moet je een examen doen, waarin je aantoont dat je kennis, praktijkervaring en vaardigheden hebt op het gebied van steigermontage. De beoordeling gebeurt aan de hand van de eindtermen. Ook de kennis van de AVO-vakken (Algemeen Vormend Onderwijs, rekenen en taal) hoort bij het examen. Deze AVO-vakken zijn in de toekomst wettelijk verplicht. Het diploma is een objectief bewijs dat je voldoet aan het vereiste competentieprofiel. De branche erkent de officiële mbo2- en mbo3-diploma’s.

Branche-certificaat (mbo zonder AVO-vakken)

Een tweede manier om het vak te leren en vakbekwaamheid aan te tonen, is door een certificaat te halen dat door de branche wordt erkend. Daarbij krijg je dezelfde training als bij de BBL-weg, maar dan zonder de AVO-vakken. Je leert dus alleen de theorie en de praktische techniek van de steigermontage.

In een examen moet je aantonen dat je de vereiste theoretische kennis en praktische vaardigheid hebt. Als aanvulling daarop moet je een persoonsgebonden certificaat halen (zie verderop bij persoonscertificering).

De inhoud van de opleiding voldoet aan de eisen uit het kwalificatiedossier. Het branche-certificaat geeft op een objectieve manier aan dat je voldoet aan de vereiste kwalificaties.

EVC-procedure

Wanneer je een ervaren steigermonteur bent, met of zonder een certificaat Steigerbouw A of Steigerbouw B, kun je gebruikmaken van de EVC-procedure (Erkenning van Verworven Competenties). Daarmee kun je je kennis en vaardigheid aantonen en een Ervaringscertificaat halen. Een erkende ´inhouds-assessor´ beoordeelt je competenties. Ook hier geldt het kwalificatiedossier als uitgangspunt. Uit deze beoordeling blijkt of je een aanvullende scholing moet doen om het branche-certificaat Monteur Steigerbouw of 1e Monteur Steigerbouw te krijgen.

Je kunt ook kiezen voor een mbo-diplomering. Daarvoor kan aanvullende scholing nodig zijn.

Persoonscertificering

Persoonscertificering is ook een manier om de vakbekwaamheid van steigerbouwers aan te tonen. Er zijn certificerende instanties die dat doen. Zij moeten daar een speciaal systeem voor hebben. Om te controleren of zij volgens de regels werken, staan deze certificerende instanties onder toezicht van de Raad voor Accreditatie.

Een persoonsgebonden certificaat is beperkt geldig. Elke 5 jaar moet je je vakbekwaamheid opnieuw aantonen om verlenging van je persoonsgebonden certificaat te krijgen.

Uit de toetsingsresultaten kan blijken dat je bijscholing moet hebben. Je kunt trainingen en cursussen volgen bij diverse opleidingsinstituten, trainingscentra of bedrijven. De branche erkent alleen certificaten die zijn afgegeven door erkende certificerende instanties.

Persoonscertificering is verplicht voor steigermonteurs met branche-certificaten en voorlopig nog voor monteurs met de certificaten Steigerbouwer A en B.

Voor monteurs met een mbo-diploma is persoonscertificering niet noodzakelijk, maar je kunt het wel doen. Een mbo-diploma is erkend door het Ministerie van OCW en geldig voor het leven.

Registratiesysteem en branche-pas

Ook voor het registreren van diploma’s en certificaten en het uitgeven van pasjes is een overgangsperiode afgesproken. Tot nu toe hadden veel instanties en bedrijven een eigen registratiesysteem en eigen pasjes. Je kon bijvoorbeeld een “Steigerpasje A” of “Steigerpasje B” krijgen. Maar dit leidde tot veel onduidelijkheid.

Daarom is ervoor gekozen om alle registratiesystemen te koppelen aan het Centraal Diploma Register van de SSVV (Stichting Samenwerking voor Veiligheid). Daar is onder andere ook de registratie van VCA-certificaten ondergebracht. Ook moet er één pasje komen, voor gebruik in de hele steigerbranche.

Het Centraal Diploma Register is een digitale verzamelplaats van alle officiële, geregistreerde diploma’s en (branche)certificaten. Je kunt er eenvoudig diploma’s en certificaten opvragen. Zo kun je aantonen dat het diploma of certificaat echt is. Je kunt ook opvragen wanneer je een certificaat moet vernieuwen. Ook opdrachtgevers en de Inspectie SZW bijvoorbeeld kunnen informatie opvragen bij het Centraal Diploma Register.

Het register houdt de volgende gegevens bij:

  • persoonsgegevens en BSN (naam en geboortedatum)
  • diplomanummer of certificaatnummer
  • diplomerende of certificerende instantie
  • geldigheidsduur pasje.

Na 1 januari 2017 moeten alle registratiesystemen gekoppeld zijn aan het Centraal Diploma Register. En vanaf dat moment zal er één pasje zijn voor gebruik in de steigerbouw.

Toezichthouder Steigergebruik

Als Toezichthouder Steigergebruik ben je verantwoordelijk voor het toezicht op steigers in de gebruiksfase. Omdat je de veiligheid van alle steigers moet kunnen beoordelen, moet je kennis hebben van zowel standaardconfiguraties als complexe configuraties. Het opleidingsniveau van deze functie is vergelijkbaar met het niveau van een 1e Monteur Steigerbouw.

Om het certificaat Toezichthouder Steiger Gebruik te krijgen, moet je een opleiding volgen, die ongeveer een dag duurt. Daarna moet je aantonen dat je voldoet aan de volgende eindtermen:

  1. Bekend zijn met, en kunnen toepassen van, de regels ten aanzien van montagehandelingen, controleren van steigerconstructies en het veilig gebruik hiervan.
  2. Bekend zijn met relevante termen en begrippen in de steigerbouw.
  3. Bekend zijn met de verschillende steigertypen en –soorten, en de belastingklassen met hun toepassingen.
  4. Weten welke eisen steigergebruikers stellen aan een veilige en doelmatige steiger.
  5. Weten welke eisen je moet stellen aan de ondergrond, onderstopping, voetplaten, staanders, liggers, diagonalen, kortelingen, steigerdelen/vloerelementen, leuningen, kantplanken, netten/zeilen en aansluitingen van bouwliften.
  6. In staat zijn om de sterkte, stijfheid en stabiliteit van (standaard)steigerconfiguraties te beoordelen, op grond van de Richtlijn Steigers.
  7. In staat zijn om op doelmatige wijze te rapporteren over de staat van de steiger, ook op veiligheidsgebied, bij steigeroverdracht, en eventueel tussentijdse en periodieke inspecties.

Inspecteur Steigerbouw

Als Inspecteur Steigerbouw (ook wel Steigerinspecteur of Inspecteur van het Steigerbedrijf genoemd) ben je verantwoordelijk voor de afname van steigers. Je houdt je bezig met de inspectie van steigers en het vrijgeven ervan. Omdat je de veiligheid van de gebouwde steigers moet kunnen beoordelen, moet je kennis hebben van zowel standaardconfiguraties als complexe configuraties. Je communiceert met de steigerbouwbedrijven op het technische niveau van een 1e Monteur. 

Om het branche-certificaat Inspecteur Steigerbouw of Steigerinspecteur te krijgen, moet je voldoen aan de vastgelegde kerntaken, competenties en eindtermen.

Onder-aanneming en uitbesteding

Ook bij onder-aanneming en uitbesteding moet je als steigermonteur een diploma of een branche-certificaat Monteur of 1e Monteur Steigerbouw (met persoonscertificering) hebben. Dat betekent ook dat je formeel geregistreerd moet zijn in het Centraal Diploma Register.

Geldigheid van buitenlandse diploma’s en certificaten

Niet alle opleidingen, trainingen en cursussen zijn internationaal erkend en uitwisselbaar. Daarom is het nodig om veelvoorkomende buitenlandse diploma’s te toetsen en geldig te verklaren. Dat heet ook wel valideren. Het SBB (Samenwerking Beroepsopleiding Bedrijfsleven) en het Informatiecentrum Diploma Waardering (IcDW) houden zich hiermee bezig.

Steigermonteurs met een niet-erkend buitenlands diploma of certificaat moeten een diploma of certificaat halen (onder persoonscertificering) dat in Nederland erkend is. Ook kunnen ze, als ze ervaren steigermonteurs zijn, gebruikmaken van de EVC-procedure om hun vakbekwaamheid aan te tonen. Daarna kunnen ze ook een erkend branche-certificaat of diploma krijgen.

Nadat buitenlandse werknemers een Nederlands diploma of certificaat hebben gehaald of als hun buitenlandse diploma’s of certificaten geldig zijn verklaard, volgt opname in het registratiesysteem.

Het kan ook voorkomen dat steigermonteurs in het buitenland een opleiding volgen bij Nederlandse opleiders. In dat geval krijgen ze een branche-certificaat Monteur Steigerbouw of 1e Monteur Steigerbouw (met persoonscertificering).